zaterdag 13 april 2013

DROOGTUINIEREN


Nog even dan zit het “droogtuinierseizoen" er weer op. Tijd voor actie. Mijn nette nagels brokkelen af en mijn gladde handen zullen spoedig weer ruw zijn. De snoeischaar is geslepen. Nog even. Mijn hoofd barst van de ideeën. Zeker nu, als ik in mijn tuin weer aan de slag kan gaan.
Het  droogtuinieren bestond de afgelopen maanden niet alleen uit het plannen van borders. Nee, ik hield grote opruiming. Het uitzoeken van de tuintijdschriften die ik de afgelopen veertien jaar heb verzameld. Terug in de tijd. Geen enkel tijdschrift doe ik weg zonder het helemaal te hebben uitgeplozen. De artikelen, reportages en tips die ik nog nodig denk te hebben, knip ik uit en stop die in een verzamelband, zodat er prachtige naslagwerken ontstaan.
Een hele klus. Tijdrovend ook, want al snel ben ik weg van de wereld en laat me dagenlang omringen door de meest mooie tuinen. Er is veel veranderd in al die jaren. Niet alleen de tuinmode maar ook ikzelf.  Een stuk ouder. Een paar tuinen verder, andere grond, andere wensen, andere kleuren. En toch knip ik die nog altijd actuele reportage uit het blad van 1997, omdat ik me vaag herinner dat ik het tijdschrift daarom juist bewaarde. Het zelfmaakidee in een ander tijdschrift was me destijds helemaal niet opgevallen, maar nu plak ik het in. Een geel/groen gevlekte hosta die met mijn tuin is meeverhuisd werd in datzelfde jaar “geboren”.
Bij de aanbiedingen - nog in guldens geprijsd  - valt het me op dat alles op tuingebied niet echt veel duurder is geworden. De entrees bij de diverse tuinshows zijn vrijwel gelijk gebleven. De entree om de modeltuinen te bezichtigen van Rob Herwig in Lunteren was in 1993 12 gulden.
Een supertrio in het geel, ooit aangeprijsd door Hanneke in een van de augustusbladen in 2000, kreeg mijn volle aandacht, want geel was nooit mijn kleur, terwijl ik nu alles wat geel/oranje is probeer te combineren. Het tijdschrift van mei 1993 dat mij prachtige gele eenjarigen presenteert  die ik in geen enkel tuinboek terug kan vinden, doe ik nooit weg. Niet vanwege de Bidens, de Camissonia, Cotula of Encelia, maar het was mijn eerste tuintijdschrift. Tjerk Buishand schreef daarin een artikel over de knolvenkel, dat werd aangevuld met allerlei recepten. 

Op zoek naar de hemerocallis in oranje en meerdere lelies, duik ik dagenlang in mijn voorraad tijdschriften. De tweede verzamelband komt, en de derde. Het gewicht van al deze tijdschriften is enorm. Ik houd van ze en wanneer er eentje is kaalgeknipt doe ik er nog met moeite afstand van. De supertrio’s van Hanneke hielden helaas zomaar op. Een ander tijdschrift hield zelfs helemaal op met bestaan, maar uit alle tijdschriften kreeg ik snoeiadviezen en werkbeschrijvingen voor tafeltjes en andere opleukertjes. De mediterane uitstraling blijft actueel, evenals het hele strakke “tijdloze” dat toch echt thuishoorde in de jaren 90. Nu 2000 en nieuwer komt er gelukkig weer meer leven in de tuin. Behalve de cottagetuin en de romantische tuin moesten we de bielzen van Mien Ruijs, verruilen voor stenen, trellis, paadjes, muurtjes en terrassen met hier en daar wat planten in potten met, als het kon, exoten. Ofschoon de kleuren door de jaren heen intenser werden mikken we tegenwoordig op de formele of de informele tuin, met veel planten, bomen, heesters en bloemen.

Voor mij worden dit seizoen de salvia, nepeta en delphium absoluut favoriet in de border die ik opnieuw wil inrichten. Het gele trio moet, met een gele roos, daarin voor aanvullende kleur zorgen. Helaas kent mijn tuinencyclopedie geen Milium effusum Aureum. De Aquilegia chrysanta is goed verkrijgbaar. De Alchemilla venosa kent mijn boek eveneens niet, wel de A.mollis. Hoewel de koffie en de entree gratis is van de leverende kwekerij in Gelderland is de reis voor mij te ver. Ik probeer een goed alternatief voor mijn gele accenten te vinden in de lokale tuincentra. De Alstroemeria aurea ‘Orange King’ lijkt me erg geschikt en oh ja  de Eremurus, ofwel de naald van Cleopatra, maar dat is straks pas, na het droogtuinieren. Ik plak, knip, maak aantekeningen en per week gooide ik een stapel tijdschriften weg, zodat ik er eind deze week nog maar een kleine vijftig overhoud.... of zestig.