donderdag 7 februari 2019

WINTER IN MINEUR

Natuurlijk moet ik in februari op de Canarische eilanden zitten. De enige plek in Europa waar de temperatuur nu gegarandeerd boven de twintig graden ligt. Ik kan er ook voor kiezen om deze hele maand te slapen. Niet dus, constateer ik als ik door het natte gras loop te koukleumen. Mijn tuin is een aanfluiting. Ik mis blaadjes, zon en ik mis kleur. De hemel is grijs in diverse tinten en de wind is guur uit het oosten, of geeft striemende regen uit het westen. Hier geen sneeuw deze winter, alleen maar regen en wind. Glibberige bladeren over de paden en een zompig gazon, waar volgens mij geen gras meer tussen staat. De bakken zijn leeg, evenals de potten. Het binnen zitten beu en zelfs de tuintijdschriften boeien me maar matig, want de overdadige bloei op de foto’s zie ik nooit terug in mijn tuin.


Diep in de winter.  Het voorjaar nog ver weg. Nog maar zien of de bollen uitkomen dit jaar. Waarschijnlijk zijn ze weggerot. De rozen zien er niet uit en de nieuwe border krijgt meer zon dan ik dacht, nu de beuk gehalveerd is. De eerste krokussen hebben er ook nog geen zin in. De hortensia die ik vanuit de pot in de grond zette is klef geworden. Hier en daar zie ik nog wat natte slierten van wat eens een plant was. Dat komt vast nooit meer goed. Te vroeg om te zaaien. Te vroeg om te snoeien. Toch zijn er genoeg klussen om deze maand te doen. Echter, ik wil helemaal geen mos uitsteken tussen het natte gras. Al helemaal geen energie in terrasaanleg of iets anders waar ik moeite voor moet doen. Misschien een rode toverhazelaar planten? Zal het ook wel niet doen. Temperatuur op nul, evenals mijn energie en humeur. Vandaag en de rest van de week doe ik niks. Kan en wil dat ook niet.
Met mijn handen diep weggestopt in mijn jaszakken loop ik, omringd door hardnekkige mist, ontevreden door mijn tuin, zwelgend in zelfbeklag. Verkleumd tot op het bot. De kortste maand die wel het langste duurt.

Mijn hondje voelt hetzelfde. Tijdens onze wandeling door het park sjokt ze maar achter me aan. Totaal niet geïnteresseerd in andere honden. De vogels voelen hetzelfde. Een enkele kraai probeert hoog in de beuk ruzie te maken, maar geen enkele andere vogel geeft partij. Terug in huis kruip ik rillend en hoestend in een hoekje op de bank, gewapend met een doos Kleenex. Vastbesloten om daar de rest van de dag (k)niezend door te brengen.